De status van beschermd dorpsgezicht kan leiden tot spanning met de energietransitie. Die vraagt om de opwekking van duurzame energie. Enerzijds worden huishoudens met stijgende energieprijzen bewogen richting eigen opwekking, anderzijds worden bewoners van de Bussumse wijk Het Spiegel ‘belemmerd’ door regels van beschermd dorpsgezicht.
Het thema Televisie uit het lokale tijdschrift Spiegelschrift, bracht mij onvermijdelijk terug naar eind jaren ’90 toen ik als expat in Brugge werkte bij het ontwikkelcentrum van Philips Televisies. Daar kwamen de eerste flat panel displays vandaan die toen 25.000 gulden kostten. Terwijl TV-panels elektriciteit omzetten in licht, doen zonnepanelen het omgekeerde. Voilà, een bruggetje.
Op 28 mei 2019 ging de Klimaatwet door de Eerste Kamer: de uitstoot van broeikasgassen moet in 2050 met 95 procent zijn verminderd (2030: 49 procent) ten opzichte van 1990 om de opwarming van de aarde te beperken. Op 28 juni 2019 werd het klimaatakkoord gesloten dat de manier regelt waarop die uitstoot wordt verminderd. Dat was het resultaat van onderhandelingen aan de vijf klimaattafels: gebouwde omgeving, mobiliteit, industrie, landbouw en elektriciteit. De ‘gebouwde omgeving’ levert de kleinste bijdrage –slechts 10 procent- maar is wel het meest uitdagend.
In de wat oudere woning gaat al snel driekwart van het totale energiegebruik naar warmte. Vandaar dat de eerste winst te behalen is in isolatie, het beperken van warmtelekkage. Dat onderwerp stond centraal in het vorige Spiegelschrift. Na isolatie kan energieopwekking een volgende stap zijn. Als het gaat om zonne-energie, kunnen we ruwweg drie typen onderscheiden. De bekendste zijn de gewone zonnepanelen (stroomopwekking), maar daarnaast zijn er zonnecollectoren (warmtewinning) en een combinatie van de twee, de PVT-panelen. PVT staat voor Photo-Voltaïsch, het proces dat elektriciteit oplevert, gecombineerd met de T voor Thermisch. Bij het enorme aandeel van warmte in het totale huishoudelijk energiegebruik is het opmerkelijk dat de aandacht toch vooral uitgaat naar de elektriciteitsopwekkende PV-panelen en niet – ook - naar bijvoorbeeld warmtecollectoren of PVT-panelen. Hoe werkt dat allemaal?
Techniek
Zonnecollectoren bestaan in feite uit een stelsel van slangen waarin water wordt verwarmd. Het principe is eenvoudig, maar het vergt wel wat van de installatie. Zonnecollectoren zijn toe te passen als panelen voor óp de daken, maar deze zijn niet zo fraai. Voor het beschermde karakter van Het Spiegel zijn losse systemen bij uitstek geschikt: ónder de bestaande dakpannen kan tussen de pannenlatten een slangenstelsel worden gelegd. Daarvoor hoef je niet per se te wachten tot het dak moet worden vernieuwd. Het energierendement is aanzienlijk, maar het vergt wel een grotere inspanning. Stijgende gasprijzen kunnen overtuigen.
Conventionele PV-zonnepanelen hebben een grote ontwikkeling doorgemaakt. Het vermogen van de panelen is sinds 2010 gegroeid van pakweg 275 peak-Watt (Wp, de “PK’s” van een zonnepaneel) tot wel 400 Wp nu. De prijs is in dezelfde tijd met een factor vier gedaald. De concurrentie is hevig. De kwaliteit varieert en de uiteenlopende garantietermijnen zijn veelzeggend: op materiaal van vijf tot vijfentwintig jaar. De panelen zijn ook esthetisch aardig opgeknapt: blauwe, glimmende platen of aluminium rasters hoeven allang niet meer. Matzwart, en zo nodig stemmend rood voor de rode daken.
Veel goede PV-panelen komen uit Taiwan, maar ook uit de VS zoals die van SunPower (één van de weinige loodvrije panelen), geproduceerd in Frankrijk. Maar er zijn ook meer dan voldoende inferieure producten. Als het gaat om installateurs scheiden diverse keurmerken en certificaten het kaf van het koren. Zonnekeur is een keurmerk waarvoor de installateur zich jaarlijks moet kwalificeren. De opbrengst van PV-panelen is mede afhankelijk van de oriëntatie: op zuid moet bij een tiental 400Wp-panelen gedacht worden aan een opbrengst van 3.600kWh per jaar: 4.000Wp x factor 0.9. Voor het westen en oosten geldt een factor x0.8, en voor het noorden x0.6. De oriëntatie hoeft dus niet altijd zuid te zijn. Tot slot de terugverdientijd. Dat blijft koffiedik kijken bij wisselende energieprijzen en overheidsmaatregelen, maar de opbrengst van Euro’s op de bank houdt ook niet over. En dan is er nog dat licht euforische gevoel als je met één blik op de meter triomfantelijk de oogst van je paneeltjes afleest. Pure winst!
De derde categorie genereert elektriciteit én warmte. PVT-panelen zijn drie cm dikker, maar bieden het hoogste energierendement per m2 en kunnen gecombineerd met een warmtepomp een huishouden gasloos bedienen. De installatie is – net als bij collectoren – lastiger, maar de aanblik verschilt niet van een gewoon zonnepaneel. Alleen is de markt van PVT-panelen minder goed ontwikkeld; prijzen liggen significant hoger en er zijn minder aanbieders. Toevallig is er wel een Nederlandse fabrikant, Triple Solar, met een naar verluid goede reputatie. Deze PVT-panelen worden geproduceerd in Friesland.
Mogelijkheden in Het Spiegel
Warmtecollectoren ónder de dakpannen zijn voor volumineuze, warmte slurpende Spiegelhuizen een uitkomst. Het gebruik van panelen óp de daken is een ander verhaal. Door eenvoud en aanbod zullen gewone zonnepanelen populair blijven, maar die stuiten dus wel op het beschermd dorpsgezicht. Maar ook op dat vlak zijn er ontwikkelingen.
De Welstandsnota liet in beschermd dorpsgezicht tot voor kort alleen zonnepanelen toe aan de achterkant. En zonnepanelen mochten niet zichtbaar zijn vanaf de openbare weg. Maar in april dit jaar is de nota herzien en zijn de mogelijkheden verruimd. Zonnepanelen mogen nu ook op zijdaken, zolang de panelen maar niet nadrukkelijk zichtbaar zijn vanaf de openbare weg. De gemeenteraad heeft het college bovendien aangemoedigd rekening te houden met technologische ontwikkelingen, waarbij onder andere gedacht werd aan dakpannen met zonnecellen, in de praktijk nog altijd een toekomstscenario. Daarnaast heeft de gemeenteraad het college gevraagd de positie van de energie-coöperatie WattNu te versterken. De coöperatie is momenteel druk met een project op het dak van het Vituscollege in het kader van de zogenaamde ‘PostCodeRoos’-regeling. Dat is een regeling waarmee in een collectief zonnedak kan worden geïnvesteerd, terwijl de energiebelasting van verbruikte stroom kan worden teruggekregen. De participaties in dit project waren in een week tijd verkocht. Collectieve zonnedaken zijn bedoeld om huizen waarop geen opwekking mogelijk is toegang te geven tot ‘eigen’ opwekking vanaf andermans daken.
Tot zover de regels. Want als het gaat om zonnepanelen in Het Spiegel zullen er hartstochtelijke tegenstanders zijn en zij die de verruiming zien als meebewegen zonder dat cultuurhistorisch erfgoed wordt aangetast. Tegelijkertijd is het niet voor niets beschermd dorpsgezicht. Ook aan de achterkant en zijkant kunnen zonnepanelen de horizon vervuilen. De panelen zelf zijn esthetisch dan wel verbeterd, maar de installatie is in de praktijk soms dramatisch. Daken waarvan alle ruimte maximaal wordt benut met een kakafonie aan zonnepanelen in landscape en portrait, als ware het Tetris. Dat wil niemand. Voor de gemoedsrust is goed overleg met omwonenden – los van ‘de regels’ – altijd de beste route.
Lokale leveranciers, of leveranciers net buiten Gooise Meren, van energiebesparende maatregelen vind je hier.
Foto boven artikel: voormalig huis van Wim de Bie in Het Spiegel met zonnepanelen op het platte dak.